Amerikaanse militairen doneren aan Obama en Paul

Als geld macht is, dan zitten twee kandidaten wat betreft Amerikaanse militairen gebakken. En allebei doen in de dominante beeldvorming van de tweestrijd tussen Perry en Romney helemaal niet aan de campagne mee. Tenminste: Barack Obama nog niet, want zit hoog en droog in het Witte Huis en Ron Paul niet meer, als we criticasters moeten geloven. Toch lieten beiden hun concurrenten ver achter zich wat betreft geworven fondsen onder medewerkers van het Amerikaanse Ministerie van Defensie.

Het Center for Responsive Politics onderzocht de beroepen van donors aan de kandidaten en de president. Obama haalde 44 procent van alle donaties op van mensen die minimaal $200 dollar schonken en zeiden bij het ministerie in dienst te zijn. In totaal een klein bedrag: $34.500 dollar. Ron Paul haalde maar iets minder binnen: $32.100 dollar. In totaal doneerde Defensie-personeel (die dat ook invulden) $78.000 dollar. Peanuts natuurlijk, vergeleken met de miljoenen van de Super PACs. Paul haalde in mei nog ruim één miljoen dollar in één dag op.

Interessanter is de rationaliteit achter de donaties. Paul bepleit in zijn campagne toch vooral een non-interventiebeginsel: eerder niet dan wel ingrijpen dus. Obama haalde troepen uit Irak, wil ze ook terugtrekken uit Afghanistan (na ze er eerst heen te hebben gestuurd), zette meer drones in dan zijn voorganger bij elkaar, keurde inmenging in Libië goed en overzag de executie van Osama Bin Laden door een Navy SEAL-team. Beide zijn duif noch havik – daarvoor zijn hun plannen nog te vaag (Paul) of te volatiel (Obama). En dat kan rekenen op fondsen van militairen en medewerkers.

Pijnlijk is het bedrag dat Rick Santorum heeft opgehaald. Hij zette tijdens zijn campagne Amerikaanse militairen op een voetstuk. Hij onderschreef Amerikaans militair ingrijpen tijdens de debatten met zijn concurrenten. Daarvoor is hij niet beloond. Hij bleef steken op een schamele $250 dollar. Het onderzoek is gebaseerd op de laatste financiën, die van juni dit jaar. Perry had zijn boeken nog niet richting de Federal Election Commission gestuurd. De andere kandidaten wel. En dat ziet er, binnen het ministerie, niet best voor hen uit.