De Republikeinse voorverkiezingen zijn boeiend, maar toch ontbreekt er iets. Echte spanning, bijvoorbeeld. En eerlijk gezegd valt het niveau me ook een beetje tegen.
Idealiter voorlopen de primaries als een Grand Slam tennistoernooi. Je begint met veel kandidaten en per ronde vallen er mindere goden af. En uiteindelijk eindig je met een droomfinale. Een battle tussen de allerbesten. In 2012 Djokovic en Nadal.
De werkelijkheid bij de Republikeinen is anders. De race haalt hooguit de kwaliteit van een vierde ronde partij.
Er is wel één topper. Zijn naam is Mitt Romney. Hij vindt het wel prima zo. Hij is al bijna bij de finale maar een echte gevaarlijke tegenstander doemt nog niet op. Veelzeggend is de volgende uitspraak van Romney: “Eerst moest ik het opnemen tegen Bachmann, toen tegen Pawlenty. Daarna Cain, Perry en Gingrich. Nu gaat het de kant op van Santorum, straks komt Gingrich misschien weer terug. De tijd zal het leren.” Tsja, we moeten het dus doen met Romney. Maar om in de beeldspraak van de tenniswereld te blijven: hij is een Lendl. Hij is niet buitengewoon charismatisch, hij heeft geen vernieuwende inspirerende politieke agenda en als mens mist hij een rafelrandje. Ik denk dan aan buitenechtelijke avonturen, een heroïsch oorlogsverleden of een carrière als acteur achter de rug. Zijn geloof doet wel wenkbrauwen fronsen. Hij is Mormoon, maar dan niet van de veelwijverijtak. Jammer, denk ik weleens. Eén president, vijf first ladies. Dat heeft toch wel iets.
Maar goed. Het ontbreekt dus aan een zinderend duel tussen twee absolute titanen, die elkaar opstuwen tot grote hoogte. De campagne mist daardoor focus. Een tweestrijd is voor publiek en media altijd helder en duidelijk. Die komt nog wel: Obama vs Romney. Tot die tijd, vrees ik, blijft het toch een beetje teleurstellend.
In de VS eindigt de race naar het Witte Huis (tot op heden) altijd in een tweestrijd. In Nederland met zijn meerpartijenstelsel per definitie niet. Hoewel? Er zijn altijd twee partijen die de Tweede Kamerverkiezingen willen omvormen tot een premiersrace. Een redactie die in 2010 een debat tussen Rutte en Balkenende wilde organiseren kreeg van de VVD een afwijzing en een dwingend verzoek: “Wij willen Job Cohen”. Bij de PvdA idem dito. Geen Emile, wij eisen Rutte anders komen wij niet. Idee is: we vissen niet in elkaars electorale vijver en schotelen de kiezer een heldere keuze voor. It’s me or him. Kiest u voor hem dan gaat het land volledig kapot en andersom. Zo’n duel trekt veel aandacht ten koste van de concurrentie. En als kiezers meegaan in deze gedachte dan kaapt de VVD kiezers weg bij het CDA en PVV en de PvdA bij SP, GL en D66. Of de oude truc werkte daar kan je aan twijfelen. VVD en PvdA werden weliswaar de grootste twee partijen, maar wel met historisch gezien magere scores. 31 om 30.
Hoe dan ook. Het blijft wel zaak voor partijen om als grootste van je blok (rechts of links) de verkiezingen in te gaan. In dat geval kan je geloofwaardig de lijsttrekker als toekomstig premier neerzetten. Met de peilingen van nu in het achterhoofd wordt het Rutte vs Roemer. Dat verklaart ook een deel van de paniek bij de PvdA.
Terug naar de Republikeinen. Ik hoop dus op een vlammende tweestrijd. Zo niet, laat Romney dan maar snel winnen. Op naar het duel tussen Obama en Romney. <<